Na alle debacles met bewindspersonen die door een gebrek aan opleiding en ervaring niets van hun portefeuille bleken te bakken, zou je denken dat de meeste politieke partijen daar iets van hadden geleerd. Zo niet de VVD. Ondanks voorbeelden als Halbe Zijlstra op BZ (wiens enige ervaring met buitenlandse zaken naar eigen zeggen het lezen van een buitenlandse krant was) en Frans Weekers als hoogste baas van de Belastingdienst op Financiën (wiens enige ervaring een paar jaar advocatuur was), hebben zij het goed gevonden om Sander Dekker minister van Rechtsbescherming te maken.
Dekker is bestuurskundige, geen jurist. Dat betekent in de eerste plaats dat hij niet denkt als een jurist. Een jurist heeft bij alles altijd vragen in het achterhoofd: Wat doet dit met de rechtstaat? Is er strijd met de Scheiding der Machten? Staan er mensenrechten of vrijheden op het spel? Moet de burger op dit punt tegen de overheid worden beschermd? Vragen die beantwoord moeten worden voordat bepaalde regelgeving kan worden ingevoerd. Dekker stelt die vragen niet, althans niet automatisch. Hij heeft een bestuurlijke klus gekregen en voert die als een bestuurder uit.
Daarnaast kent hij de wereld van de rechtspraak en het strafrecht niet. Dat blijkt ook doordat hij voortdurend onjuiste dingen zegt en niet luistert naar deskundigen op dit terrein, mensen die wel de opleiding en tientallen jaren ervaring hebben op het gebied van rechtspraak. Lees verder
(Blog op janvlug.com, 28 januari 2019)