In het wereldje van strafrechters, officieren van justitie en advocaten heeft iedereen een mening over elkaar. Niemand vindt van zichzelf dat hij slecht of matig werk aflevert, maar over andermans werk, optreden en beroepsethiek hebben we allemaal een mening. Soms een heel positieve, maar ook heel geregeld een negatieve. In de blogs die ik tot dusver voor Sdu heb geschreven, heb ik over beroepsbeoefenaren uit al deze beroepsgroepen al eens een kritische, soms zelfs korzelige of ronduit negatieve mening gegeven. Maar wel vanuit een positief-kritische inslag: oog van het OM voor de belangen van de verdachte, de wijze waarop rechters een verdachte of een slachtoffer bejegenen, een correcte opstelling van de advocaat, het draagt allemaal bij aan de beeldvorming van het strafrecht bij de gewone burger. Die – ik chargeer enigszins – al jarenlang vindt dat rechters te soft zijn, advocaten halve of zelfs hele criminelen zijn en officieren van justitie doorlopend vormfouten maken. Wij, dat wil zeggen de verschillende beroepsgroepen, moeten het strafrecht kennelijk beter verkopen. Lees verder
(Blog voor SDU Strafrecht, 14 juni 2019)